vrijdag 1 april 2011

Verstopte verhalen

Kaart van Vinkeveen uit de Gemeente Atlas van Nederland van J. Kuyper (Leeuwarden 1865-1870)De laatste weken zit ik veel met mijn neus in 19de eeuwse overlijdensregisters. Er zullen hobby's zijn die een minder morbide indruk maken, maar er is geen reden tot bezorgdheid: ik ben gewoon bezig met mijn stamboomonderzoek. Tegelijk gaat het verder dan dat. In de akten van de Burgerlijke Stand van mijn geboortedorp Vinkeveen is namelijk nog veel meer te ontdekken dan alleen het verhaal van mijn familie. De akten documenteren veel meer levens en liefdes, en vertellen veel meer dan alleen wanneer wie geboren werd, trouwde of overleed.

Om bij de overlijdensregisters te blijven: van elk overlijden werd aangifte gedaan door twee aangevers, doorgaans familieleden of bekenden van de overledene. Doordat van elke aangever diens beroep en woonplaats werd genoteerd, geven de overlijdensregisters onbedoeld een aardig inkijkje in de Vinkeveense samenleving: het dorp werd hoofdzakelijk bevolkt door arbeiders – al of niet werkzaam in de turfwinning – en veehouders, aangevuld met timmerlieden, metselaars, schilders, een rietdekker en een smid. Klaarblijkelijk werden ook in het midden van de 19de eeuw al boten gebouwd in Vinkeveen: verschillende aangevers verdienden naar hun eigen zeggen de kost als scheepbouwer of scheepstimmerman.

In het dorp woonden een paar kleermakers, verschillende schoenmakers, twee klompenmakers en zelfs een horlogemaker. Er waren winkeliers, een broodbakker, een slager, een kastelein en, in het naburige Waverveen, een logementhouder. Een veldwachter, bijklussend als gerechtsbode, en een nachtwacht hielden een oogje in het zeil. Onderwijzers, een predikant, een pastoor, een chirurgijn annex vroedmeester, een notaris en een burgemeester vormden met de enkeling die zich als 'grondeigenaar' liet noteren, de notabelen.

De rangen en standen deden er voor de dood overigens weinig toe. Dokter M.A. Aalbertsberg moest, ondanks de grotere kennis die hij door zijn beroep van ziekten en genezing gehad zal hebben, verschillende keren aangifte doen van het overlijden van één van zijn eigen kinderen. Onderwijzer Hendrik Gaveel fungeerde talloze malen als tweede aangever, ongeacht rang of stand van de overledene: hij tekende overlijdensakten van arbeiders, maar ook die van de pastoor, de echtgenote van de dominee en de zoon van de notaris.

De kindersterfte was hoog. Neem het overlijdensregister van 1843: slechts 17 van de 51 overledenen werden 18 jaar of ouder. De cijfers van daaropvolgende jaren zijn weinig beter: in 1844 had ruim 62% van de overledenen het 18de levensjaar niet gehaald, in 1845 ruim 63%, in 1846 ruim 55%, in 1847 ruim 53%, in 1848 68%, in 1850 73%, in 1851 77,5% en 1852 ruim 75%. Alleen in 1849, het jaar van een grote cholera-epidemie, overtrof het aantal ouderen de kinderen: in dat jaar was 59% van de overledenen boven de 18.

Zomaar wat voorbeelden van dingen die je ontdekt als je in een overlijdensregister niet alleen je eigen familieleden opzoekt... ik kan uren bladeren door de scans bij FamilySearch. Ik weet nog niet of ik er meer mee wil, maar om er iets mee te kunnen als ik dat zou willen, neem ik de gegevens over in spreadsheets. Daardoor kan ik ze naar believen sorteren, filteren en combineren, ooit, als het aantal uren in een dag miraculeus verdubbelt en ik daardoor tijd van schrijven krijg. En ondertussen kunnen anderen de pdf-bestanden gebruiken als index op de scanbestanden van FamilySearch en aanvulling op de gegevens uit Genlias.

2 opmerkingen:

  1. Mooi he, dat die overlijdens vroeger werden aangegeven door familieleden en bekenden. Heel wat anders dan de vertegenwoordiger begrafenisondernemer die dat nu voor zijn rekening neemt.

    Toen mijn oma 2 jaar geleden overleed, ben ik zelf aangifte gaan doen. De ambtenaar was erg verbaasd, dat gebeurde eigenlijk zelden meer. We werden heel netjes ontvangen in een apart kamertje want dat vonden ze niets voor aan de balie.

    Daardoor kom ik in ruim 1 jaar tijd dus 3x in de burgerlijke stand voor: als getuige in een overlijdensakte, als echtgenote in een huwelijksakte en als moeder in een geboorteakte!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. @Yvette
    Zo heb ik er eigenlijk nog nooit naar gekeken. Ik laat het ook netjes over aan de begrafenisondernemer.

    BeantwoordenVerwijderen